In dit hoofdstuk verkennen we het concept van geneste lussen. Geneste lussen zijn lussen binnen lussen en vormen een krachtig hulpmiddel in programmeren waarmee we herhaalde handelingen op een gestructureerde manier kunnen uitvoeren. Door gebruik te maken van geneste lussen kunnen we efficiënt complexe structuren, zoals rasters, doorlopen en manipuleren, wat precies is wat onze Ninja in dit hoofdstuk zal doen.

Stel je voor dat onze Ninja zich door een raster beweegt en sushi verzamelt. Het raster bestaat uit rijen en kolommen, en ons doel is om alle sushi die over het raster verspreid ligt te verzamelen. Om dit te bereiken, kunnen we geneste lussen gebruiken: één lus om over de rijen te bewegen en een andere lus om door elke kolom te gaan.

Laten we een voorbeeld bekijken om te begrijpen hoe geneste lussen werken in de context van ons Ninja-spel:

In het bovenstaande voorbeeld hebben we twee functies: ninja_controller en loot_column. De functie ninja_controller gebruikt een while-lus om de Ninja van links naar rechts over het raster te laten bewegen. Voor elke kolom roept hij de functie loot_column aan, die een andere while-lus bevat om de Ninja omhoog te laten bewegen en onderweg sushi te verzamelen. Zodra de Ninja de bovenkant van de kolom bereikt, gebruikt hij een for-lus om terug naar zijn oorspronkelijke positie te gaan.

Door de while-lus binnen de functie loot_column te nesten in de while-lus van de functie ninja_controller, kunnen we efficiënt alle sushi in elke kolom verzamelen voordat we naar de volgende gaan.